Stilte en drukte in Egmond


Tips: 
  • download: e-book "hardlopen in 5 stappen"
  • download: hardloop-en fitnessschema's
  • koop: hardloopkleding en accessoires
  • volg ons op instagram & facebook

De halve marathon van Egmond blijkt een wedstrijd van uitersten. Dat deelnemers vanuit het hele land en zelfs daarbuiten naar de Noord-Hollandse badplaats komen voor dit hardloopevenement is niet verwonderlijk. Dat wordt mij duidelijk na mijn eerste deelname aan deze klassieker.

De stilte

De sfeer is gemoedelijk als ik Egmond binnen fiets. Omdat ik goed ben opgewarmd (17 kilometer gefietst met warme jas en muts) en het weer voor begin januari opvallend mild is, kies ik voor een shirt met korte mouwen.

Omdat ik net te laat was (zes minuten voor de start in plaats van benodigde 10), moest ik in het eerstvolgende startvak plaatsnemen. Het mocht de pret niet drukken. Al wachtend kijk ik wat gespannen om mij heen. Een meisje kijkt verbaasd vanachter een raam van een hoge flat naar al die gekke hardlopers. ‘What on earth are they doing, mom?’ Als even later het startschot klinkt, hobbelt de massa de boulevard over, richting het strand. Mijn plan? De eerste helft rustig aan, daarna kijken of ik kan versnellen. Ik had vooraf een tijd in gedachte van rond de 1:45.

Natuurlijk wist ik dat er zeven kilometer strand op mij lag te wachten. Toch voelde het als verrassing om hier te hardlopen, met al die andere hardlopers. Verrassend mooi ook, met de machtige zee, een strand vol schelpen en zeesterren, en de metershoge zandhopen, vastgeklemd door helmgras. De eerste kilometers is er nog een hoop gekeuvel, worden er selfies gemaakt en bespreken twee vrienden de kont van een hardloopster voor hen. Bij kilometer drie is het heerlijk stil. Niemand zegt iets. Ze denken. Zelfs de wind is niet te horen. Enkel een zee die zucht, raast en golven maakt. Ik kijk rustig om mij heen. Ik loop nog met reserve en gemak. Ik adem al een tijdje door mijn neus en er is meer dan genoeg ruimte voor iedereen. Mijn horloge geeft 27 minuten aan bij kilometer vijf. Ik ben langzamer dan ik dacht, maar ik versnel nog niet.

Dan is daar de steile opgang naar de duinen. Overal las ik dat dit één van de moeilijkste stukken is. Ik loop opvallend soepel omhoog. Ook de eerste duintjes gaan moeiteloos. Ik merk hier dat het trainen op heuvels heeft gewerkt. Wat een prachtig landschap wederom.

De drukte

Nu merk ik de gevolgen van het starten in een volgend startvak. Mijn tempo ligt toch net wat hoger dan de meeste hardlopers in mijn nabijheid. Op het strand was dit geen probleem, maar hier in het duingebied zijn het vrijwel allemaal smalle paden waar we over moeten. Het leidt niet tot conflicten of botsingen. Maar het kost meer energie, aangezien afremmen, in de berm lopen of kort versnellen telkens nodig is. Ik heb vervolgens alleen de linkerkant van het parcours gezien.

Op tien kilometer heb ik rond de 53 minuten gelopen. Mijn benen worden nu wat zwaarder. En wat is het warm! Ik ben blij dat ik niet voor mijn dikke hardloopshirt met lange mouwen heb gekozen. Van kilometer 11 tot 15 ben ik eigenlijk te veel bezig met andere dingen. Voortdurend de vraag wanneer ik mijn versnelling zou inzetten. Er was een lichte chaos bij de drankposten. Eén keer botste ik bijna op een dame die opeens ging wandelen acht meter voor de drankpost. En bij de volgende pakte ik twee partjes banaan en bleef mijn vinger haken aan de rand van de schaal. Het gevolg was dat ik de schaal meenam en deze op de grond belandde. Sorry!

Kilometer 16 en ik loop nu toch duidelijk sneller dan daarnet. Even nog de vraag of ik dit dan wel ga volhouden. Ik negeer de vraag, net zoals ik de man negeer die met een glimlach ‘nog twee bochtjes’ roept en ik geen aandacht besteed aan twee wandelende dames die discussiëren over welke tv-serie leuker was. Vrouwenvleugel of Westenwind? Het antwoord is altijd Knightrider, dames!

Al die hardlopers remmen mijn versnelling onbedoeld toch af. Mijn benen zijn niet meer mijn benen. Zijn we al bijna bij de Bloedweg? Is daar de Bloedweg? Hij mag nu wel komen, die Bloedweg. De gevreesde heuvel die net zo goed haar naam zou kunnen danken aan het feit dat zij het bloed onder de nagels haalt van de vele hardlopers die hier passeerden. Daar is ze! Mijn tempo blijft in stand. Wat heerlijk als het heerlijk gaat. Die klinkers vreet ik op. Boven stoom ik door. Hier wordt het breder. Wat een vrijheid! Ik ben er bijna en de pijn die ik voel na de Bloedweg is van korte duur. Ik neem twee spekjes aan. Spekjes? Voor ik het weet eet ik ze op. Of het effect zal hebben zullen we niet te weten komen. Nog 500 meter. De laatste heuvel, langs de vuurtoren. Een krachtige versnelling probeer ik er nog uit te persen. Dan de eindstreep en het uithijgen. Wat een mooie wedstrijd. Mijn horloge geeft 1:47 aan en daar kan ik mee leven.

Na afloop

Na een kwartier wachten op de medaille jog ik naar de kleedtent en mijn fiets. Die fiets blijkt een goede keuze, aangezien ik een enorme rij vermoeide hardlopers zag staan. Etend, drinkend en gapend wachten ze op bussen die rijden naar parkeerplekken buiten Egmond. Ik baan mezelf een weg door de drukte. Hardlopers, politieagenten, bussen en verdwaalde Duitsers. Na vijf minuten fiets ik op een stille polderweg, terugdenkend aan de stilte aan zee en de drukte in de duinen.

De halve marathon van Egmond is een strijd tegen de elementen. Het weer was hierin de enige spelbreker. Het is evengoed een fantastisch en uitdagend parcours. Een tweede deelname, welk jaar dan ook, zit er zeker in. Hopelijk dan wel met veel wind, hagel of sneeuw.

Egmond halve marathon medaille

 

 

Lees ook:
Laat een reactie achter

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.